VISIE
Een aanzienlijk deel van de leerlingen in het basisonderwijs heeft een onvoldoende functioneel handschrift. Deze leerlingen schrijven niet (prettig) leesbaar, onvoldoende vlot of ervaren kramp tijdens het schrijven. Dit is een probleem, omdat het handschrift nog steeds een belangrijke leervoorwaarde is.
De huidige praktijk
Met behulp van de gangbare handschriftmethodes in het basisonderwijs leren kinderen schrijven door ‘schrijfbewegingen’ te imiteren. Een voorbeeld: de leerkracht staat voor de klas en doet de schrijfbeweging van een letter voor in de lucht. De leerlingen doen deze beweging na. Vervolgens trekken de leerlingen de letter een aantal keer over op papier, om deze tot slot zelf tussen de lijntjes te schrijven.
De kwestie
We staan er doorgaans niet bij stil dat door deze manier van lesgeven een heleboel kennis impliciet blijft voor leerlingen. Er is met andere woorden nog veel meer te vertellen over goede lettervormgeving. Kijk maar eens naar de onderstaande voorbeelden van de letter h. Door onze huidige manier van lesgeven – voordoen en nadoen zonder inhoudelijke instructie – moeten leerlingen de logica van de lettervormgeving zelf ontdekken. De ene leerling is hier nu eenmaal beter in dan de andere, waardoor de resultaten binnen een klas behoorlijk uiteen kunnen gaan lopen.
Lettervormgevingscriteria van de letter 'h'
Letters horen de romp- en luszones uit te vullen. Hier zie je dat de romp van de letter h netjes ingeklemd zit tussen de grond- en romplijn, en de lus tussen de romp- en luslijn.
Letters hebben doorgaans evenwijdige neerhalen. Hier zie je dat de eerste en tweede neerhaal van de letter h precies in dezelfde hoek staan.
Letters hebben vaak een vaste rompverhouding. Hier zie je dat de romp van de h precies in het rode vakje past (van twee vierkantjes op elkaar).
Letters hebben lijndelen die recht zijn en lijndelen die gebogen zijn. Hier zie je dat de gele lijndelen gebogen zijn en de blauwe lijndelen (kaars)recht.
Sommige letters hebben een invoeg- of uitvoegpunt. Hier zie je dat het uitvoegpunt (voor de aanzet van het boogje) precies op de helft van de rompzone ligt